Achtergrondinformatie:
Een vitamine K-tekort bij zuigelingen kan leiden tot vitamine K deficiëntiebloedingen (VKDB). Om kinderen te beschermen tegen deze bloedingen, krijgen zij vlak na de geboorte vitamine K toegediend. Bij het huidige orale profylaxe beleid komen er, vergeleken met het buitenland, meer bloedingen voor in Nederland. Op 10 juni 2021 heeft de Staatssecretaris van VWS een voorgenomen besluit genomen om de vitamine K-toediening bij zuigelingen te veranderen. De grondslag hiervoor ligt in het advies van de Gezondheidsraad ‘Vitamine K bij zuigelingen’ van 11 april 2017.
Bij het nieuwe beleid krijgen alle kinderen vlak na de geboorte 1 mg vitamine K via een intramusculaire injectie toegediend, hierbij is één prik voldoende.
Voor kinderen waarvan ouders dit niet willen is er de mogelijkheid om op 3 momenten 2 mg vitamine K oraal te geven: Vlak na de geboorte, op dag 4 of 5 en in week 4 of 5. De toediening is beter te controleren, er wordt gebruik gemaakt van vitamine K in micellaire oplossing die verkrijgbaar is op recept. Het betreft een veel hogere concentratie dan de huidige dosis (150 microgram per dag) en het hoeft daarom niet meer elke dag ingenomen te worden na de 8e dag zoals nu gebruikelijk is.
Wetenschappelijk onderzoek laat zien dat toediening via intramusculaire injectie het meest effectief lijkt bij het voorkomen van bloedingen. Nieuwe onderzoeken over producten vitamine K met een mogelijke verbeterde orale inname zijn nog in een vroeg stadium van ontwikkeling en worden hierin nog niet meegenomen.
Voordat de eerste prik gezet kan worden zijn er nog voorbereidingen nodig, bijvoorbeeld ten aanzien van voorlichtingsmateriaal en deskundigheidsbevordering. Samen met betrokken beroepsgroepen en organisaties die ouders vertegenwoordigen heeft het RIVM een implementatieplan gemaakt waarin deze voorbereidingen staan beschreven. Dit betekent dat, als de ouders kiezen voor de orale vorm, ze geïnformeerd moeten worden na de bevalling en in het kraambed over de wijze van toediening en geassisteerd moeten worden bij de uitvoering. De rol van de kraamverzorgenden hierin moet nog nader omschreven worden. Kraamverzorgenden moeten mogelijk ook extra geschoold worden.
Wil je het nieuwe implementatieplan lezen? Je kunt het vinden op de RIVM site. Vanuit het Kenniscentrum Kraamzorg houden we jullie ook op de hoogte.