Nederland bevindt zich nog net op het risiconiveau 4 ‘Zeer Ernstig’ (peiling 27 mei 2021), maar de cijfers laten zien dat het aantal positief geteste mensen en de
ziekenhuisopnames snel dalen. De vaccinatiegraad blijft stijgen, zowel eerste als tweede prikken. De aangekondigde versoepeling van 5 juni is dan ook gebaseerd op een verdere daling van het risiconiveau naar risiconiveau 3 ‘Ernstig’.
Wat betekent dit concreet voor de kraamzorg sector?
Het advies vanuit de Taskforce Covid-19 blijft: Kraamverzorgenden moeten zo veilig mogelijk kunnen werken, waarbij zorgvuldig gelet wordt op het gebruik van alle middelen die er zijn. Om de kraamverzorgende te beschermen, uitval te voorkomen en omdat een groot gedeelte van de kraamverzorgenden nog niet gevaccineerd is, adviseren we een minder verruimde bezoekregeling dan de regering voorstelt.
Advies bezoekregeling per 5 juni 2021
Dringend verzoek voor aanvang kraamzorg:
- Maximaal 2 bezoekers (liefst uit hetzelfde huishouden en kinderen tot en met 12 jaar uitgesloten) per dag in de periode dat de kraamverzorgende aanwezig is.
- In de ruimte moet 1,5 meter afstand houden mogelijk zijn.
- Het kraamgezin vergewist zich ervan dat bezoekers met klachten niet op bezoek komen.
- De kraamverzorgende mag bepalen of ze in contact wil komen met het kraambezoek. Kraambezoek kan in een aparte kamer ontvangen worden of na de aanwezigheid van de kraamverzorgende.
- Het advies is om tijdens de baring naast de partner maximaal 1 extra ondersteuner toe te laten.
- Informeer de verloskundige over de bezoekregeling in het gezin. De KNOV geeft de verloskundigen geen aanvullende adviezen over de hoeveelheid bezoek en houdt de RIVM richtlijnen aan.
Let op! Kraamverzorgenden, leerlingen & verloskundigen & JGZ-medewerker vallen niet onder het totaal van de externe bezoekers die een gezin volgens de RIVM richtlijnen mag toelaten.
Advies voor het gebruik van persoonlijk beschermende middelen (PBM)
In een ogenschijnlijk niet besmette situatie:
Draag een mondkapje bij binnenkomst in een gezin als je naar meerdere kraamgezinnen gaat in een korte periode (paar dagen) en draag handschoenen bij direct contact met de kraamvrouw en haar pasgeborene (zie uitleg aanvullende informatie hieronder).
In situaties waarbij je op minder dan 1,5 meter afstand zorg verleent, blijft het advies om minimaal mondkapje (minimaal type IIR) en handschoenen te gebruiken. Er kan overwogen worden om dan ook een schort en spatbril te dragen. Mocht de cliënt achteraf toch positief worden getest, dan valt de kraamverzorgende buiten het bron- en contactonderzoek.
Situaties in het kraambed zijn:
• Hulp bij borstvoeding
• Controles doen bij de kraamvrouw
• Douchen en wassen van kraamvrouw
• Gezin is klein behuisd
• Je bent een kwetsbare kraamverzorgende
• Gezinnen die zich niet aan de hygiëne protocollen en afstand houden
Situaties tijdens de Partus zijn:
• Assistentie bevalling
• Hulp bij aanleggen van de pasgeborene in verband met borstvoeding
• Controles van de kraamvrouw
In een (mogelijk) besmette situatie zie protocol: Thuisisolatie bij coronabesmetting tijdens kraambed
Aanvullende informatie
Grootte van de kraamkamer en plaats van de bevalling
Als het onmogelijk is om 1,5 meter afstand te bewaren met de bezoekers omdat de kraamkamer te klein is, kan er geadviseerd worden minder bezoek te ontvangen in het bijzijn van de kraamverzorgende. Een extra ondersteuner naast de partner tijdens de baring wordt alleen geadviseerd als er voldoende ruimte is op de plek van de bevalling.
Betekenis van het gebruik van mondkapje versus gebruik van ‘alle’ PBM
Gebruik bril en schort in ieder geval in een mogelijk besmette situatie of als je als kraamverzorgende tot de kwetsbare doelgroep behoort.
Voor de informatie die BO-Geboortezorg naar haar leden heeft gestuurd klik hier